Rudy Veraar
5 punten om je publiek te analyseren
- juli 11, 2019
- , 9:00 pm
Een analyse maken van je publiek
Als je voor een groep mensen spreekt dan is het erg handig om te weten waarom ze daar zijn. Wat willen ze horen, wie zijn die mensen die daar zitten en waar geloven ze in. Een zogenaamde publieksanalyse is een instrument om inzicht te krijgen in je publiek.
Door deze analyse verzamel je informatie om inzicht te krijgen in de belevingswereld van de mensen in je publiek. Door je te richten op de belangen en interesses, vergroot je de kans dat ze echt naar je luisteren. Een publiek merkt dat je moeite hebt gedaan om uit te zoeken waarvoor ze komen en dat kunnen ze waarderen. Ze voelen zichzelf hierdoor belangrijk. En, weet je, dat zijn ze ook. Zonder publiek, zonder luisteraars hoef jij geen toespraak te houden. Een mooi verhaal zonder publiek dat wil luisteren is funest. Je publiek is tenslotte waar jij het voor doet. Onthou dat goed.
Een publieksanalyse levert informatie op waardoor je een betere opzet van je toespraak kunt realiseren. Je bent hierdoor beter in staat om o.a. de feiten, argumenten, gepaste voorbeelden te selecteren en de kern van je boodschap te vormen.
Besteed in elk geval aandacht aan de volgende 5 punten.
5 punten om je publiek beter te leren kennen
1 – Weet het aantal mensen en de samenstelling van je publiek
Het aantal mensen is het eerste dat je altijd wilt weten zodat je een idee hebt welke hulpmiddelen je nodig hebt en kan gebruiken. En vooral welke werkwijze je kunt kiezen om het beste aan te sluiten op je publiek en jezelf.
Sommige hulpmiddelen zoals een flip-over kun je effectief inzetten om contact te leggen met een kleine groep. Voor een grote groep moet je wellicht andere hulpmiddelen inschakelen zoals (tv)schermen, beamers, etc.
Als je interactief aan de slag gaat met je publiek is het handig dat je opdrachten ook zijn afgestemd op de grootte van de groep. Een grote groep geeft mogelijkheden om opdrachten in groepjes te laten doen terwijl je bij een kleinere groep meer individuele vragen kunt stellen. Kies bewust je werkwijze en zorg dat je flexibel kunt inspelen bij verandering van groepsgrootte door afmeldingen of extra aanmeldingen op het laatste moment.
Ook is het handig om te weten hoe de samenstelling van het publiek is. Stel vragen als:
- Wat is de relatie tussen de mensen?
- Zijn ze van dezelfde organisatie, gemeenschap?
- Komen ze uit een bepaalde stad of land?
- Hebben ze gemeenschappelijke belangen of interesses?
Deze informatie kun jij gebruiken om je boodschap op een basaal niveau vorm te geven en termen en begrippen te gebruiken die jouw publiek begrijpt.
2 – Krijg inzicht in demografische kenmerken
Bepaal een aantal specifieke demografische gegevens over je publiek, zoals:
- leeftijd
- sekse
- opleidingsniveau
- economische status
- religie
- beroep
- etnische samenstelling
- politieke voorkeur(en)
- culturele invloeden
Pas op dat je hierbij niet te diep gaat. Veel van de gegevens over hun achtergrond zul je niet gebruiken. Leg de focus op wat jij nodig hebt in het kader van jouw onderwerp, toespraak, praatje of presentatie. Selecteer die kenmerken waar jij je verhaal aan kunt vastmaken zodat jij binnen komt in de wereld van je publiek. Vergeet niet dat ze je pas begrijpen als je aansluit op waar zij al bekend mee zijn. Het heeft weinig zin om allerlei financiële termen te gebruiken als je publiek niets heeft met de financiële wereld. Je moet daarnaast altijd oppassen met het gebruik van vaktermen.
3 – Ontdek wat het publiek denkt en weet
- Waar gaat hun aandacht naar uit?
- Wat vinden ze belangrijk?
- Hoe staat het publiek tegenover het onderwerp waarover jij gaat spreken?
- Hoe staat het publiek tegenover jou als spreker?
- Wat vinden de mensen in het publiek belangrijk (welke waarden zijn belangrijk)?
- Zijn er gemeenschappelijke waarden of normen?
- Hoeveel weet en denkt het publiek te weten over het onderwerp?
- Zitten er deskundigen in het publiek?
- Zijn er al andere sprekers geweest die hebben gesproken over hetzelfde onderwerp?
- Welke interesse bestaat er voor jouw onderwerp?
- Is er al eerder informatie verstrekt over jouw onderwerp?
- Zijn ze bekend met jouw werkwijze, manier van presenteren en houding ten opzichte van het onderwerp?
4 – Verplaats je in je publiek
Leef je in in de wereld van je publiek. Sta even in de schoenen van je publiek om te ontdekken wat zij belangrijk vinden om op dezelfde golflengte te komen. Als je dat doet dan ontstaat er veel beter contact en meer openheid zodat ze echt naar je luisteren.
Ontdek de behoeften van je publiek
Je hebt het wellicht al gemerkt maar niet jij maar je publiek staat centraal. Of nog beter gezegd, de mensen die aanwezig zijn om naar je te luisteren.
Om er voor te zorgen dat ze echt naar je luisteren, je boodschap begrijpen en er misschien ook iets aan hebben of mee doen, moet je je richten op de behoeften van de mensen. Bekijk daarom de zaken vanuit het perspectief van je publiek. Zijn het timmerlui, tegelzetters, artsen, analisten? Waar zijn ze dagelijks mee bezig? Heb jij ervaring op dat gebied?
Gebruik je kennis en ervaring uit een onderzoek of het gebrek aan ervaring in je verhaal om contact te maken.
Maak je persoonlijke ervaringen universeel
Het is mooi als je je persoonlijke ervaring gebruikt om aan te sluiten op je publiek. Zorg er echter voor dat je het zo brengt dat anderen zich hier in herkennen. Op deze wijze maak je het universeel en voorkom je dat het om jou draait. Het is immers een voorbeeld uit jouw ervaring, die als het goed is, aansluit op de ervaring van de mensen in je publiek.
Voorbeeld 1: Als consultant maakte ik geregeld mee dat het proces van besluitvorming een opgeleverd rapport achterhaald maakte.
Voorbeeld 2: Heeft u ook weleens een rapport met veel zorg samengesteld en opgeleverd om een eeuwigheid te moeten wachten op een besluit welke oplossing de voorkeur heeft. Om vervolgens de vraag te krijgen of je het rapport aan wilt passen omdat de situatie nu is gewijzigd.
In het tweede voorbeeld spreekt jij als consultant vanuit de consultant, projectleider of manager die in het publiek zit en koppel je die toch subtiel aan wat jij meegemaakt hebt.
Stem je opmerkingen af op je publiek
Opmerkingen dienen de aandacht te vestigen op je verhaal en niet af te leiden. Ze moeten dus een bijdrage leveren om je boodschap over te brengen. Ze dragen bij aan het duidelijk maken dat jij je hebt ingespannen om je publiek te begrijpen.
Verwijzigingen in je toespraak of opmerkingen die betrekking hebben op de wereld van de mensen in je publiek helpt je om het contact te verstevigen. Het is een klein beetje maatwerk dat je verricht.
Maak gebruik van gepaste complimenten. Er valt je altijd wel iets op aan de mensen of de organisatie dat een compliment verdient. Denk hierbij aan wat je opvalt in de omgeving (gebouw, sfeer, etc. van de organisatie), de geschiedenis van de organisatie, de mensen binnen of buiten de organisatie die je hebt gesproken, nieuws of andere opvallende zaken.
En pas op met het maken van grappen die niet gepast zijn of niet aansluiten op je publiek. Beledig niemand en zorg als je namen gebruikt dat dit is afgestemd en goed bevonden.
Maak gebruik van actuele kwesties die spelen
Het is altijd handig om actuele situaties in de omgeving van de mensen in je publiek te gebruiken. Maak gebruik van de dingen die spelen binnen het land, stad, dorp, organisatie of gemeenschap waar de mensen in het publiek deel van uitmaken. Als er bijvoorbeeld iets in de krant heeft gestaan over de voordelen van het luisteren naar specifieke muziek en jouw onderwerp heeft een relatie hiermee, gebruik dit dan als springplank om je onderwerp te introduceren of kracht bij te zetten. Een verandering (reorganisatie) in een organisatie en het effect op de mensen is ook vaak een hulpmiddel om zaken aan op te hangen, mocht je toespraak iets te maken hebben met veranderen.
Spreek zowel individu als subgroep aan
Geef voordat je start en tijdens je toespraak aandacht aan de mensen en omstandigheden die jouw publiek bezighouden of (kunnen) afleiden. Gebruik dit eventueel in je toespraak om iets duidelijk te maken zoals de warmte of kou in de zaal of het weer dat buiten te keer gaat. Op deze manier koppel je het aan punten in je verhaal en krijgt het een functie waardoor ze deze punten ook beter onthouden.
Ontdek ook of er zogenaamde subgroepen bestaan binnen je publiek. Mensen die bijvoorbeeld ondernemer zijn, een bepaald beroep (dokter, aannemer, bouwvakker) of een functie ((project)manager, consultant, analist) hebben en daardoor vergelijkbare denkbeelden hebben en/of groepsgewijs optrekken
5 – Benadruk pluspunten
Onderzoek wat jouw toespraak het publiek oplevert. Ze zijn hier bewust of anders onbewust mee bezig. What’s in it for me” of “Wat levert het mij op” is de vraag die speelt in de hoofden van je publiek. Je kunt daar maar beter een antwoord op geven zodat ze ook op dit punt tevreden naar huis gaan.
Lees andere artikelen om nog meer tips te krijgen om met meer zelfvertrouwen te pitchen en presenteren.
Wil je advies om jouw mogelijkheden te ontdekken? KLIK HIIER!